Op 22 november 2019 vond in Het Wapen van Voorschoten de boekpresentatie plaats van Cicero leest Covey. Retorica in populaire managementboeken. In mijn speech verontschuldigde ik beide heren voor hun afwezigheid, maar stond ik niet met lege handen tijdens mijn boekpresentatie.

Beste vrienden en bekenden, sponsoren, proeflezers en recensenten, uitgever, vormgever, schilderes, familieleden, familie van familieleden, oud-medecursisten van de HOVO-leergang ‘Buitenpromoveren’ aan de VU, lokale bekenden, allemaal hartelijk welkom op deze borrel ter gelegenheid van het verschijnen van Cicero leest Covey

Misschien herinnert u zich nog dat de uitnodiging voor deze boekpresentatie is verzonden namens de heren Cicero en Covey. Voor wie dit nog niet heeft meegekregen: beide heren figureren niet alleen in de titel van het boek en op de fraaie omslag, hun ontmoeting in 2002 op de boulevard van Katwijk opent de inleiding van het boek. Ik mocht bij die ontmoeting aanschuiven en precies dit leverde de inspiratie op om dit boek te schrijven – een boek waarin twee werelden elkaar ontmoeten: die van de klassieke kunst van het overtuigen (Cicero) en die van het populaire managementboek (Covey).

Natuurlijk had ik graag gewild dat beide heren hierbij aanwezig zouden zijn geweest, maar helaas. Ze hebben wel van zich laten horen. Ik ontving brieven waarvan ik de inhoud graag met jullie deel.

Allereerst de brief van M.T. Cicero, die bekende redenaar en schrijver uit de eerste eeuw v. Chr. Die brief luidt als volgt:

Rome, november 2019

Geachte heer Klifman,

Staat u mij aub toe om de presentatie van uw boek aan mij voorbij te laten gaan. Mijn verblijf in uw vochtige en voor een Romein als ik, koude land in 2002 was eenmalig en wat mij betreft niet voor herhaling vatbaar. De ruwe manieren van uw landgenoten, de matige keuken,  de troebele zee en het vervuilde strand, weerhouden mij daarvan. 

Het gesprek met de heer Covey herinner ik me nog goed. Het was meer een gesprek van de heer Covey met mij. U begrijpt wat ik bedoel.

Wat uw boek betreft, ik nam met gemengde gevoelens kennis van de inhoud. Het is aan de ene kant interessant om te mogen constateren dat de retorische principes die Aristoteles vóór mij en Quintilianus ná mij in kaart hebben gebracht, ook na 2000 jaar nog leiden tot inzicht en doorzicht in de effecten van overredende taal, van taal die gedrag stuurt. 

Aan de andere kant had u van mij wel wat meer aandacht mogen schenken aan een filosofische verdieping, zeker nu u en uw landgenoten te maken hebben met populisme, met nepnieuws en met wantrouwen in het woord. Opnieuw, u begrijpt wat ik bedoel: een slagje dieper had zeker gemogen.

Niettemin wens ik u succes met uw boek.

Was getekend,

Marcus Tullius Cicero, zegt maar Mark.

En dan de andere brief, die van Stephen R. Covey:

Provo, Utah november 2019

Geachte heer Klifman,

Via mister Pete Hoekstra, de Amerikaanse ambassadeur in uw land, nam ik kennis van uw boek. Hij leverde mij een beknopte vertaling. Ik ben blij verrast en ingenomen met de inspiratie die de heer Cicero en ik u kennelijk bezorgd hebben. Ik had overigens niet anders verwacht. En ja, dat mijn naam op de cover prijkt lijkt mij niet meer dan logisch. 

Ik vind uw boek eerlijk gezegd wat saai. Ik miste plaatjes, oneliners, quotes van andere goeroes, en allerlei praktische tips waar de lezer gelijk mee aan de slag kan. Het is te beschouwend en welke lezer zit daar tegenwoordig nog op te wachten? Het is ook nog eens te dik om helemaal te lezen tijdens een vlucht van een paar uur. Kortom, het is geen boek zoals ik het zelf zou schrijven, maar alla.

Ook uw toon bevalt me op sommige momenten niet. Het komt me voor dat u de besproken auteurs niet altijd helemaal serieus neemt. 

Kort en goed, ik feliciteer u met uw boek en hoop voor u dat het succes heeft. Ik zie dat overigens nog niet gebeuren en hoop dat ook niet.

Was getekend,

Stephen R. Covey, zeg maar Stef.

Zo’n boek schrijven en publiceren: het is groepswerk. Ook Cicero leest Covey is groepswerk. Ik heb velen van jullie uitgenodigd om als proeflezer en/of als recensent te willen optreden en veel van jullie zeiden ja. Zonder te weten of te vermoeden wat van jullie werd gevraagd. Dat er is gezucht, gesteund en gekreund is wel zeker. Dat er is gebladerd en gemopperd: ‘ben alweer de weg kwijt’, ‘waar zit ik nou in het verhaal’, ‘nee, niet nog meer voorbeelden!’, ‘hoeveel pagina’s nog?’ ‘Meer structuur!’

Welnu, die boodschap is meer dan duidelijk overgekomen. Er is als gevolg daarvan flink in de eindredactie gesnoeid. Om en nabij 20.000 woorden en dat is heel veel. Dank jullie wel. Evengoed ligt er nog steeds een boek van 230 pagina’s. 

Voor ik iedereen persoonlijk bedank wil ik graag met dank de eerste exemplaren aanbieden aan degenen die deze uitgave financieel mogelijk hebben gemaakt:

Theo Stubbé (www.blauwbv.nl) en de oprichters van Bureau-de-Bedoeling Robbin Haaijer, Naima Rahmouni en Marion Boon. Theo ken ik uit een netwerkje dat we hebben om samen over governance vraagstukken te praten, samen met Hans Hoek. De oprichters van Bureau de Bedoeling ken ik als oud-collega’s van mijn laatste werkkring, B&T Organisatieadvies.

Dankzij jullie support aan het idee van het boek en dankzij jullie vertrouwen dat het iets gaat worden waar jullie je niet voor hoeven te schamen. Dit is hem dus  en ik ben erg blij met hoe het boek eruit ziet. 

Vervolgens wil ik bedanken:

Ik wil jullie graag met genoegen de eerste exemplaren aanbieden.

Suus Zweekhorst (www.suuszweekhorst.nl): zij schilderde het doek dat op de omslag prijkt, voor mij de ontmoeting symboliserend van twee werelden maar oorspronkelijk met een andere intentie geschilderd.

Vormgever Bert Holtkamp (www.bertholtkamp.nl): dank voor je mooie vormgeving die zo goed aansluit bij het schilderij. Het ziet er gewoon prachtig uit. Mooie letter, mooi binnenwerk. Jij was de eerste die wist hoe het er uit zou gaan zien.

Uitgever Peter Paul van Bekkum van http://www.mijnmanagementboek.nl, helaas niet aanwezig. Hopelijk gaan we samen ver komen met het boek.

Dochter Rozemarijn, die helaas niet fit genoeg is om hier te zijn, dank ik voor de nieuwe site die zij voor me heeft opgebouwd. 

Hans van Willigen, directeur van mijn laatste werkkring, B&T, voor het lenen van de managementboeken. Ik heb een paar keer een flink met managementboeken gevulde rugzak heen en weer gesjouwd. Ook de steun van veel oud B&T-collega’s heeft me geholpen (ik denk aan Gerben Zonneveld, Tijmen Bolk, Nienke Pol, Ellen Deelstra, Marieke Dekkers, Willy Egberink en nog anderen).

Ik dank ook de docente van de HOVO-cursus die ik vorige winter aan de VU volgde, prof. Jeanne de Bruijn voor haar duidelijke advies inzake mijn schrijfactiviteiten, en met haar bedank ik de mede-cursisten voor hun enthousiasme.

Ik bedank ook de proeflezers en/of recensenten:

Peter Reenalda die niet alleen meelas maar me vanaf het begin steeds hebt gesteund door alles te liken wat ik postte op LinkedIn en Facebook.

Gijs Boumans die hetzelfde deed en een prachtig geformuleerde recensie schreef.

Dochter Sanne die zeer precies heeft gelezen. Met veel gevoel voor details. Ze las niet alles maar wat ze heeft gelezen, gebeurde met een scherp oog.

Antoinette Gillet die me mailde dat ze graag managementboeken leest omdat die haar aan het denken zetten, en ook na lezing van Cicero leest Covey daar mee door zal gaan, maar dan wel anders.  

Hans Hoek die zijn aversie tegen managementboeken niet onder stoelen of banken verborg en mij voorzichtig betichtte van hetzelfde gedrag als waar ik me, in zijn ogen in mijn boek, tegen verzette.

Lars Kok, ook kritisch, niet op papier maar telefonisch. Het moest allemaal veel compacter en luchtiger. Het laatste lange hoofdstuk kon er wel uit. De stijl is veel te plechtig. Hij vroeg om plaatjes, anekdotes, al dat soort dingen waar managementboeken in uitblinken. Maar het is geen managementboek. Het is een boek óver managementboeken. Het zou een ander boek worden.

Paul Misdorp die de langste maar dan ook zeer weloverwogen recensie schreef, die filosofisch steeds een slagje dieper wilde – maar opnieuw: dan krijg je wel een ander boek, misschien het boek waar ik aanvankelijk naar streefde.

Johan van Egmond die aangaf er veel van opgepikt te hebben. Geen kritiek maar tips voor zichzelf. Dezelfde ervaring had ook Theo Stubbé.

Thomas Borsboom die binnen korte tijdspanne bereid was een recensie te schrijven.

Zoonlief Harm-Jan die een aantal hoofdstukken becommentarieerde en met dwong om preciezer te formuleren.

VU-onderzoeker Stefan Heusinkveld die beperkt tijd had maar me vriendelijk en welwillend van allerlei wetenschappelijke informatie voorzag ondanks zijn vraagtekens bij mijn onderneming.

Jos van Elderen die zich ook door het manuscript heeft geworsteld, als loyale oud collega.

Nogmaals allemaal heel veel dank. 

Laten we samen proosten op het succes van Cicero leest Covey. Dank voor jullie medewerking.

Wil je het boek kopen? Hier de link: https://www.mijnmanagementboek.nl/shop/index.php/catalog/product/view/id/463468/s/cicero-leest-covey-206841-www-mijnmanagementboek-nl/

Share