Op herhaling
Ik wilde op herhaling. Als lezer/analist van populaire managementboeken. Vijf jaar geleden las ik er 80 in een jaar en haalde ik ze stuk voor stuk door de retorische mangel. managementboek.nl zette mijn Cicero leest Covey op de longlist voor ‘managementboek van het jaar 2020’. Is er sindsdien iets veranderd?
Scrollend door de top 100 van managementboek.nl trof ik het boek Begrijp je het niet of bevalt het je niet? Sterkere teams en betere dialogen met de 5 Interactielagen van succesauteur Jaap Weijers. En ja hoor, je ziet de bekende kenmerken zo weer terug, al bij de omslag.
‘Marketingtruc’s horen er toch gewoon bij?’ denk je misschien. Klopt. Die trucs zijn vaak ontleend aan de klassieke retorica waarin de toehoorder/nu: de lezer wordt ‘ingepakt’ door een juiste toepassing van de drieslag pathos – logos – ethos.
Even terug: wat is kenmerkend voor een populair managementboek?

In Cicero leest Covey kwam ik tot het volgende lijstje:
T.a.v. focus:
1. De schrijver richt zich tot een afgebakende doelgroep: leidinggevenden, bestuurders, adviseurs.
2. De schrijver spreekt de doelgroep aan op hun beroepsmatige optreden: de manager als professional.
3. De auteur biedt iets dat de performance van de manager zou kunnen verbeteren.
4. Wat de auteur te bieden heeft is samen te vatten in een begrip, bijv. ‘omgaan met weerstand’.
T.a.v. retorische technieken:
5. De schrijver profileert zichzelf als een verteller en gebruikt verhalende technieken uit het retorische repertoire.
6. De schrijver hanteert de logica van de retorica: Wat hij/zij zegt overschrijdt nooit de grens van het waarschijnlijke (‘het zou best kunnen dat’). Hij/zij gebruikt graag voorbeelden ontleend aan de eigen ervaring, aan het nieuws of aan andere auteurs van vooral populaire managementboeken.
7. De schrijver wil het zijn lezer niet te moeilijk maken. Het boek moet bovenal lekker weglezen. Vooral geen ingewikkelde dingen, graag pasklare oplossingen en tips die je morgen al kunt gebruiken.
8. De schrijver kiest de taal van zijn lezer.
T.a.v. de bronnen:
9. De schrijver heeft geen wetenschappelijke pretenties. De eigen ervaring is de voornaamste leverancier van ideeën.
10 De schrijver verwijst graag naar bekende namen: van bedrijven (zonder dat duidelijk is of de schrijver daar zelf geweest is of dat het informatie is van horen zeggen), spirituele goeroes en managers van wereldfaam. Vaak gaat dit niet verder dan namedropping.
Verkopen schrijvers van populaire managementboeken dan lucht? Dat zou ik niet willen beweren. Dat doe ik ook in Cicero leest Covey niet. Auteurs van managementboeken maken wel een slim gebruik van klassieke overredingstechnieken.
Waar het me om gaat is dat je ze niet serieuzer moet nemen dan ze feitelijk waar kunnen maken. Je moet er doorheen kijken. Dat kun je als je een idee hebt van de trucs die schrijvers gebruiken.
In een volgende bijdrage zal ik dit illustreren aan de hand van Begrijp je het niet of bevalt het je niet?