In De bijensteek van Paul Murray krijgen twee Ierse tienermeisjes van hun lerares het advies om elke dag een gedicht te lezen. ‘Als mensen maar één keer per dag een gedicht zouden lezen in plaats van naar hun telefoon te grijpen, dan garandeer ik dat de wereld een fijnere plek zou zijn’.

Verplichte nummers

December is elk jaar opnieuw zo’n maand waarin je naast alle gezelligheid ook je verplichte nummers hebt. Ik had er de laatste keer zelfs drie: het kiezen (of verlengen) van een nieuwe ziektekostenverzekering, een nieuwe energieleverancier en een nieuw telefoonabonnement. Niet mijn lievelingsklussen.

Om het aangenaam te maken trakteerde ik mezelf op De bijensteek, een net verschenen vertaling van een Ierse bestseller van 830 pagina’s. Daarin las ik het citaat waarmee deze column opent.

Hobby

Lezen is mijn hobby. De laatste 35 jaar houd ik een boekenschrift bij waarin ik alle titels noteer die ik gelezen heb. Daar voeg ik dan mooie zinnen of korte besprekingen aan toe om die te onthouden.

Ook schrijf ik over boeken op de website blijmeteenboek.nl. Ik probeer me daar te concentreren op wat lezen zo’n aangename bezigheid maakt.

Maar toch, de poëzie komt er, terugbladerend in mijn boekenschriften, bekaaid van af. Ik kan er niet omheen. Ook al heb ik een (gratis) abonnement op ‘Laurens Jz Coster’ (e-mail: coster@high5.nl) die mij elke dag op mijn e-mailaccount een gedicht stuurt. Vaak vergeet ik gewoon dat gedicht daadwerkelijk te lezen.
Is het daarom dat dit citaat uit De bijensteek is blijven hangen? Het zou zo maar kunnen!

De lerares van de twee tienermeisjes heeft hoge verwachtingen van het dagelijks lezen van een gedicht. En misschien heeft ze groot gelijk.

Wat gedichten doen

Gedichten zijn vaak compact. In weinig woorden wordt veel gezegd. Gedichten bevatten soms nieuwe beelden voor bekende verschijnselen. Met andere woorden: als lezer word je aan het werk gezet. Een goede oefening in concentreren.

Gedichten openen (net als romans) vaak onbekende werelden of situaties op een nieuwe manier. Daarmee dagen ze je verbeelding uit en verrijken ze je ervaring.

En ja, vaak is het ook gewoon leuk om er een te lezen. Vooral als ze niet zo compact zijn dat je eerst uitgebreid moet puzzelen. Neem de gedichten van Toon Hermans. Niet moeilijk om te lezen, je begrijpt gelijk wat hij bedoelt en ze zijn vaak verrassend. Of Annie M.G. Schmidt.

Of neem de gedichten van Jean Pierre Rawie, vaak over situaties die ouderen snel zullen herkennen. Of Toon Tellegen of Rutger Kopland.

Maar ook moderne dichters zoals de huidige Dichter des Vaderlands, Babs Gons die ‘spoken word-teksten’ schrijft, gedichten die zich goed lenen om uitgesproken of voorgelezen te worden.

Eén regel

Soms is een gedicht mooi om die ene zin die je aan het denken zet. Dat overkwam mij met een slotzin in een gedicht van Firmin van Hecke. Die schreef een gedicht over zichzelf als overledene. Hij hoopt dat op zijn grafsteen zal staan:

‘Gij die nog reist, en vurig leeft,
Hij die hier rust dronk diep van ‘t leven;
Ledigt den kelk die ’t lot u geeft:
Aan wien veel leeft, wordt veel vergeven.’

Zo’n slotzin roept allerlei associaties op, toch? Hoe doe je dat: ‘veel leven’? Is dat veel doen? Of is dat intens (‘vurig’) leven? Wat niet hetzelfde is. En wie of wat ‘vergeeft’? Is dat ook het lot? Of hoeft er helemaal geen wie of wat te zijn en is het het leven zelf dat vergeeft? En waarom die verbinding van ‘veel leven’ en ‘vergeven’?

Dit bedoel ik. Een paar woorden die van alles oproepen.

Elke dag een gedicht dus.

(Dit blog verschijnt gelijktijdig als column in de Nieuwsbrief van de Vereniging Ouderenbelangen Voorschoten).

Paul Murray, De bijensteek. Meridiaanuitgevers 2024 is te koop bij uw lokale boekhandel en bij managementboek.nl.

Share